Geweldige, grijze uil
Eind februari zijn Roelof Molenaar, Peter van der Veen en ondergetekende een week in Finland geweest. We hadden al langer de wens om dit land nog eens te bezoeken en ons vooral te richten op de roofvogels die in de Finse bossen leven waarbij de steenarend en de laplanduil bovenaan de lijst stonden. Voor beide soorten is een totaal andere aanpak vereist. De steenarend is een ontzettend schuwe vogel die je alleen vanuit een schuilhut kan fotograferen waar een laplanduil soms tot op een paar meter benaderbaar is in het open veld.
We begonnen met het proberen te fotograferen van de steenarend. Een soort die ik in Noorwegen ook al meerdere keren heb gefotografeerd en ik wist dus dit hele schuwe vogels zijn. De eerste dag was in een hut in de buurt van Utajärvi, klein plaatsje in de buurt van Oulu. Ruim nog voordat de zon op was reden we door de Finse bossen richting de hut. De laatste paar honderd meter werd te voet afgelegd door het pikdonkere bos. Je kruipt de hut binnen en probeert door het donker getinte glas iets van de omgeving te zien maar daar is het nog te donker voor buiten. Camera’s opstellen en lenzen naar het verwachte aankomstpunt van de arend richten om deze zo min mogelijk te hoeven bewegen. Dan begint het wachten, langzaam begin je een bomenrij te onderscheiden en na een uurtje heb je volledig zicht over het open dat midden in de Finse bossen ligt. Al gauw beginnen de eerste kleine vogeltjes zich te melden. Vlak voor de hut is er wat voer gestrooid voor de kleine bosvogels en de mezen, spechten en gaaien maken daar dankbaar gebruik van. Soms verleidelijk om te fotograferen maar elke beweging die je maakt met je lens kan ook worden opgemerkt door een steenarend die misschien ergens in een boom zit te kijken. Niet doen dus, we zijn hier voor de arenden en niet voor de pietjes. In de loop van de dag komen de raven eens kijken. Waar we de kleine vogeltjes lokken met zaden hebben we voor de steenarend ook wat neergelegd waar hij dol op is, vlees. Daardoor komen er ook andere aaseters op de plek af waaronder de raven. Maar het valt al meteen op dat de raven niet op hun gemak zijn. Ze landen even op de grond en vliegen bij het minste of geringste weer op en weg. Geen goed teken.
Naarmate de dag verstrijkt en we nog steeds geen glimp hebben opgevangen van een arend begint het licht weer minder te worden. Aan het eind van de dag krijgen we zelfs nog even heel mooi licht te zien en je hoopt op dat moment dat er nog even een arend uit de lucht valt. Ineens zien we een groep raven in de lucht boven de hut cirkelen met in het midden een andere grote vogel. Steenarend! We zien het groepje vogels overvliegen en hopen natuurlijk dat de arend terugkomt. Nou mooi niet! Als het lampje uitgaat besluiten we de boel op te ruimen en de eerste dag als niet erg succesvol te beschouwen. Jammer.
Die avond stappen we in de bus om naar Kuusamo te rijden. Een rit van drie uur richting het oosten van Finland. Rond middernacht komen we daar aan en pakken nog even een paar uurtjes slaap om de volgende ochtend ons geluk te beproeven in een andere steenarendhut.
De volgende ochtend merken we al snel dat er voor deze steenarendhut een iets andere benadering is. Waar we bij de eerste hut al voor zonsopkomst in de hut aanwezig moeten zijn wordt ons hier verteld dat we niet te hoeven haasten omdat de arenden toch pas begin van de middag komen… Ok, dit is nieuw voor mij maar het zal wel. Na een 45 minuten rijden door het prachtige besneeuwde Finse landschap merken we dat hier een aanzienlijk dikker pak sneeuwt ligt. We komen aan bij een plek waar een sneeuwscooter staat gestald en het laatste stuk zal per sneeuwscooter worden afgelegd. Dat laatste stuk is bovenop een berg en is een tochtje van ruim 10 minuten maar ben blij dat we dit niet lopend hoeven af te leggen. Eenmaal aangekomen bij de hut boven op de berg kom ik er weer achter waarom ik de steenarend zo’n indrukwekkende vogel vind. Niet alleen vanwege zijn formaat of prachtige uiterlijk maar ook vooral de omgeving waar dit dier leeft. Het ruige landschap, de altijd aanwezige (gure) wind en de barre leefomstandigheden maken dit alles bij elkaar een vogel die bij mij in meerdere opzichten diep respect koestert. Voor mij is de naam ‘golden eagle’ ook niet helemaal op zijn plaats. ‘King of the mountain-eagle’ zou veel toepasselijker zijn vind ik maar dat zou wat raar staan in de vogelboekjes misschien…
Eenmaal gesetteld in de hut kan het wachten weer beginnen. Ook hier komen de kleine vogeltjes eerst hun geluk beproeven bij de voerplekken die vlak voor de hut zijn gemaakt. Hier zien we naast de mezen ook goudvinken, spechten en taigagaaien. Meteen merk je dat we hier wat flexibeler kunnen zijn met het heen en weer zwaaien van je lens want de gids die bij ons in de hut zit schiet er vrolijk op los met zijn camera waar we in de andere hut heel stil moesten zijn. Hij vertelt dat deze hut hier al jaren staat en het paartje steenarenden waar we op zitten te wachten hier de afgelopen twintig jaar in de wintermaanden bijna dagelijks komt. Dus ook ik probeer wat taigagaaien en spechten te fotograferen, leuke manier van de tijd doden.
Maar ineens is het moment daar, een grote vogel cirkelt een paar keer boven de open plek waar we zitten. Hij bekijkt de situatie even en komt even later in een boom zitten recht tegenover de hut. De gids moppert dat de arend een half uur te laat is en dit geen afspraken zijn 🙂 De arenden krijgen sterallures. Ondanks dat zit er nu wel een steenarend voor onze neus die zich uit de boom laat vallen op het voor hem neergelegde aas. Al gauw komt er een tweede arend op een andere tak zitten. Dit is het vrouwtje, duidelijk een slag groter da het mannetje dat nu zit te eten. Als het mannetje vol zit vliegt hij weg. Nu de beurt voor het vrouwtje om te eten. Wat een moment als het vrouwtje besluit de boom te verlaten en haar vleugels uitslaat. Wat een machtige vogels zijn dit toch! Na een uurtje heeft ook de tweede arend de krop vol en besluit nog even een tak te grijpen die ze waarschijnlijk voor het nest gaat gebruiken en vliegt het dal in.
De resterende dagen gaan we op zoek naar de uilen. Zoals ik al zei een totaal andere aanpak dan bij de steenarenden. Nu rijden we rond in een groot gebied rondom Kuusamo en hopen uilen tegen te komen. Naast de uilen zijn er nog een paar andere onderwerpen die goed fotografeerbaar zijn waaronder de waterspreeuw. Bij een kleine stroomversnelling weet onze gids een aantal waterspreeuwen te zitten. Deze vogels zoeken hun voedsel onder water en hoppen van de ene steen naar de andere en zo af en toe zie je ze verdwijnen onder water. Apart om te zien dat een vogel die qua uiterlijk niks wegheeft van een watervogel toch op deze manier aan zijn voedsel komt. We schieten wat foto’s maar onze gedachten zijn helemaal niet bij deze waterspreeuw maar bij een vogel die nog komen gaat…
In het centrum van Kuusamo kan je met een beetje geluk haakbekken vinden. Deze vogels komen uit nog noordelijke streken en komen in de winter iets naar het zuiden om de bessen op te eten die hier nog wel aanwezig zijn op de struiken. Aangezien de bessen zelf al helemaal vergaan zijn gaat het deze vogels vooral om de zaden en peuteren deze met het grootste gemak uit de rotte bes. Ze worden hier wel beetje mee geholpen door de aparte vorm van hun snavel. Vandaar de naam ook waarschijnlijk.
In een bosgedeelte weet onze gids een plek waar men een voerplek heeft voor taigagaaien. De taigagaai is iets kleiner dan de gaai die wij hier kennen maar qua gedrag zie je wel dat het familie is. Ook de geluidjes die ze maken zijn in grote lijnen vergelijkbaar met de gaaien die wij in het bos horen. Nog een overeenkomst is dat ze maar erg weinig stil zitten. Zo af en toe blijven ze een halve seconde stilzitten in een bepaalde houding en dan is het snel even een paar foto’s maken voordat hij weer uit je zoeker verdwenen is. Een leuke soorten waar ik me dagen mee zou kunnen vermaken. Helaas moet je keuzes maken en besluiten we na een aantal fotosessies om nog wat andere soorten te proberen.
Zo’n andere soort is de pestvogel. Ook deze vogels komen vanuit nog noordelijk gelegen bossen zuidwaarts gewoonweg omdat er hier nog wel wat te eten is voor deze vogels. Toevallig had een Finse fotograaf voor ons nog wat takken liggen met ‘verse’ bessen. De rode kleur werkt als een magneet om deze vogels en binnen de kortste keren hadden we een pestvogel voor de lens. Na een paar bessen gegeten te hebben gaat hij er weer vandoor om zijn ronde door de buurt te maken maar na een tijdje komt hij dan weer terug bij onze overheerlijke knalrode bessen. Ook hier is het weer een kwestie van wachten maar dat ben je zo onderhand wel gewend als natuurfotograaf. Soms kan het wachten gunstig uitpakken want terwijl de pestvogel even weg was begon het te sneeuwen. Na een dik half uur kwam de vogel terug en ondertussen was er al een mooi laagje sneeuw op de tak gevallen. Dit maakt het voor de foto net even wat mooier allemaal. De vogel land na een tijd in de boom te hebben gezeten op de tak en wij maken onze sneeuwfoto’s. Soms valt alles op zijn plaats en dit was zo’n moment. Waar twee andere fotografen die nog voor de sneeuwbui naast ons stonden eerder waren vertrokken omdat ze er geen heil inzagen, bleven wij nog dat ene uurtje extra kou lijden wat deze keer wel goed uitpakte.
Tijdens de derde dag kregen we van een andere gids door dat er ergens een sperweruil was gezien en deze misschien wel op aas af zou kunnen komen. Wij naar de plek gereden waar de uil bij een heel groot veld zich in de bosrand ophielt. Zeker 400 meter van ons vandaan zat de uil in het topje van de boom de omgeving af te turen naar die ene muis die zijn kop boven de sneeuw uit durft te steken en wat dan waarschijnlijk ook meteen het laatste was wat de muis in zijn leven heeft gedaan.
Dit wetende kan je zelf ook een dode muis neerleggen en hopen dat de uil daar ook op af komt. Dit werkt lang niet altijd maar wie niet probeert weet zeker dat het niks wordt. We hadden de muis nog niet liggen of de uil vloog al de boom uit. Ongelofelijk hoe een vogel op zo’n verschrikkelijk grote afstand zo’n piepklein muisje kan zien liggen! Snel de camera op de inkomende uil richten en beginnen met fotograferen. Ik had al eerder hele snel vliegende onderwerpen (papegaaiduikers) gefotografeerd maar deze kleine uil sloeg alles! Niet normaal met wat voor snelheid deze vogel zich in de lucht verplaatst en met volle gang de dode muis uit de sneeuw plukt. Niks niet even landen, de muis oppakken en weer wegvliegen, nee gewoon in volle vlucht een muis oppakken en weer door. Ook al heb je de beste apparatuur met de snelste lens en autofocus. Dit diertje vliegt zo snel dat je echt meerdere pogingen nodig hebt om met slechts een paar scherpe foto’s naar huis te kunnen. Gelukkig kregen we die kansen en hebben deze ook volop benut. Twee dagen later zijn we naar dezelfde plek teruggegaan maar toen was de uil onvindbaar. Zo zie je maar weer, niks in de natuurfotografie is zeker en kan de volgende dag totaal anders zijn dus je moet je kans pakken als deze er is!
Dan de uil waar we eigenlijk voor naar Finland zijn afgereisd; de laplanduil. Ook deze uil leeft in de bossen van Finland maar veel uilen komen in de loop van de winter meer naar de open plekken in het bos of weilanden om daar te jagen. Zowel in de bossen als velden ligt de hele winter een dik pak sneeuw en dat maakt het voor de uilen bijna onmogelijk om te jagen in het bos. Het menu van de uil bestaat uit muizen. Deze leven in de winter onder de sneeuw maar moeten zo af en toe door de dikke laag sneeuw heen naar boven om de ventilatiegaten open te houden. Het moment voor de uil om aan een maaltje te komen en je ziet dan ook veel laplanduilen, net als de sperweruil, uren bovenin een boom of op een elektriciteitsmast zitten hopend op een muis die op zoek is naar frisse lucht.
Onze gids probeert deze situatie met een dode muis te creëren in de hoop dat de laplanduil op onze muis afkomt. Negen van de tien uilen trappen hier niet in en doen net of ze gek zijn en geven ons geen aandacht. Zo af en toe is er een uil die inziet dat dit een heel makkelijk maaltje is en kom de muis halen. Zo’n uil is voor de fotograaf interessant en tijdens ons verblijf wist men één zo’n uil te zitten. Deze kwam aan het einde van de dag naar een open veld waar hij dan een paar muizen aangeboden kreeg. Nu kan je dit in scene gezet vinden maar het is en blijft een wilde uil en hoeft niet naar ons te komen. Toch kiest hij ervoor om dit te doen en daarom kunnen wij deze foto’s maken. De dieren worden met het groots mogelijk respect behandeld en ik zie hierin ook geen verschil met het voeren of water geven van de vogels die bij jou en mij in de tuin komen.
De uil kwam niet zoals de steenarenden op een afgesproken tijd maar eigenlijk wat aan de late kant. Deze uil vond het nodig om helemaal aan het eind van de dag ten tonele te verschijnen waardoor wij genoodzaakt waren om tot het uiterste te gaan met onze apparatuur. Gelukkig kan je met de hedendaagse camera’s redelijk goed met hoge iso’s fotograferen en dat was ook wel nodig want de standaard iso-instelling voor deze uil van zeker niet onder de 6400. Desalniettemin is de eerste keer dat je de uil het bos uit ziet komen een prachtige ervaring. Met een spanwijdte van anderhalve meter is deze uil vele malen groter dan de raketachtige sperweruil. Ook de vliegbewegingen zijn niet vergelijkbaar. Veel trager en sierlijker. Ook pakt deze uil de muis niet in de vlucht maar ploft neer in de sneeuw waar hij eerst de muis met zijn klauwen pakt en hem daarna in één hap verorbert . Vaak kijkt hij nog wat schaapachtig om zich heen en vertrekt dan weer het bos in.
Deze uil hebben we op deze manier drie avonden kunnen fotograferen. Helaas kwam hij erg laat, eigenlijk te laat want het was gewoon al donker. Maar je probeert er toch het beste van te maken en met de sluitertijd die je dan hebt kan dat zo af en toe ook wel eens leuk uitpakken.
Gelukkig kregen we tijdens de trip overdag, terwijl we op zoek waren naar geschikte foto-onderwerpen, een tip van een taxi chauffeur die we onderweg tegenkwamen dat hij bij een kaalvlakte een stukje terug een uil in een boom had zien zitten. We waren al een beetje verbaast dat de beste man ons aanhield, achteraf bleek hij de gids te kennen, maar de tip van de man was achteraf gezien goud waard. Eenmaal aangekomen zag niemand een uil in de boom zitten. Oh ja één iemand, onze gids. Nou ben ik zelf geen mietje als het gaat om het spotten van dieren maar wat deze jongeman klaarspeelde was bijna angstig. Alsof hij zelf de ogen van een uil had. Hij vertelde ons klaar te gaan zitten met de apparatuur en zou een muis uitgooien. Hij had dat gedaan en ongeveer 500 meter verder kwam een uil uit de boom vliegen. Ik snap nog niet hoe hij die uil met het blote oog heeft kunnen zien want als een laplanduil stilzit in een boom gaat hij totaal op in de omgeving. Petje af!
Maar dit was dan het moment, op klaarlichte dag met licht vallende sneeuw komt er een uil onze kant op. Nu moest het gebeuren. Eerst de iso even naar beneden schroeven want ISO 6400 was nu niet meer nodig. De uil glijdt vanuit het hoger gelegen bos langzaam door de lucht. Wij hadden ons zo gepositioneerd dat we op een gegeven moment alleen maar sneeuw als voor en achtergrond hadden. Laat de uil daar nou langs vliegen! De twaalf beelden per seconde werden volop benut en na een aantal seconden heb je het aantal beelden waar je vroeger vijf diarolletjes voor nodig had. De uil ploft op de muis en vertrekt meteen het bos in. Nog even snel wat foto’s maken van het wegvliegen en dan gauw achterop je schermpje kijken. Ja hoor gelukt. De foto die ik zou graag had willen maken heb ik zojuist gemaakt.
De Engelse naam voor deze laplanduil is de great grey owl. Als je ‘great’ zou vertalen zo je er ‘groot’ van moeten maken wat deze uil ook zeker is. Maar zelf zie ik er liever het woord ‘geweldig’ voor in de plaats. Wat dat is wat deze uil is. Tijdens een avondsessie vloog bij Peter en mij deze uil, toen wij plat lagen in de sneeuw, op 15cm hoogte over ons heen en dan zie je pas wat voor vogel het is. Allereerst hoor je hem niet vliegen. Er gaat een groot pak grijze veren vlak over je hoofd maar als je je ogen zou sluiten zou je nooit geweten hebben dat hij net over vloog. De hele verschijning, zijn sierlijke vlucht en biotoop maken voor mij deze vogel tot een Geweldige (Grote) Grijze Uil!!